Kathmandu Valley

22 juli 2017 - Kathmandu Valley, Nepal

Op woensdag 5 april hebben we heerlijk uitgeslapen en bijzonder hard gechilled. Het restaurant van de vorige avond heeft ook van die heerlijke relax-zithoeken met kussens en lage tafels dus we besluiten daar weer heen te gaan voor een late lunch. Ik heb toch maar een Lonely Planet gekocht, zodat we eens kunnen bekijken wat er verder nog te doen is in Kathmandu en omstreken. Het is niet dat ik zonder reisboek niet zou weten wat te doen, maar ik vind het heerlijk om over plekken te lezen en er al wat enthousiast voor te worden.
Wij halen onze was op, doen wat boodschappen, chillen nog wat harder en gaan 's avonds uit eten voor een Indiase chicken curry. Yum! Simon heeft de zweetdruppeltjes alweer op z'n voorhoofd staan en ik krijg steeds een loopneus van het spicy eten. 
Later op de avond word ik ziek. Ik vermoed een combinatie van na 17 dagen gezond ineens weer vlees, spices, alcohol en sigaretten. Mijn maag trekt het niet en laat het er van boven en van onder uitkomen. Ik spendeer de halve nacht op de wc, terwijl Simon lekker doorsnurkt. De volgende ochtend ontbijt ik wat en neem vol goede moed een verfrissende douche. Het is maar goed dat de wc-pot naast de douche staat, want terwijl ik onder het stromende water sta, komt het ontbijt al weer naar boven. Goed...dit wordt hem dus niet vandaag. De rest van de dag lig ik op bed en slaap ik en lees ik in de hoop dat ik me morgen weer beter voel. Het hotel heeft inmiddels ook gehoord dat ik ziek op bed lig en 's avonds wordt er ineens op de deur geklopt. Het is een van de medewerkers die mij een kom soep komt brengen. Hoe schetig is dat!

Op vrijdag gingen we doen wat eigenlijk voor gisteren op de planning stond. Op zoek naar een hostel voor mij in de buurt van de school waar ik ga vrijwilligen. Iets wat lekker goedkoop is en op loopafstand. Nou, viel dat even tegen. Een van de hostels waar we kwamen had nog 1 bed vrij in een 4-persoons girls dorm, maar die mocht ik niet hebben, want ik zou me niet kunnen aanpassen. Wat de fuck... Bij een ander hostel probeerden ze de hoofdprijs te vragen voor een houten plankje in een 3-person dorm. Als ik twee weken zou blijven, moest ik voor een maand betalen. Huh? Nog een ander hostel konden we uberhaupt niet vinden en toen waren we er wel een beetje klaar mee. 

Het volgende bezoek op het programma is Durbar Square. HET plein in Kathmandu waar je tempels kunt bekijken. Weer 1000 Rupees per persoon lichter om als westener het gebied uberhaupt te mogen betreden. De lucht was inmiddels grijs geworden en het begon al wat te miezeren. Eerst maar eens wat eten bij een van de rooftoprestaurants hier. Terwijl het harder begint te regenen zitten wij op een verder leeg terras te luisteren naar het terras naast ons dat wel heel gezellig klinkt. We weten het wel uit te zoeken vandaag. Omdat het regent zijn alle marktjes bedekt met zeil en het weer is eigenlijk te slecht om een beetje fatsoenlijk foto's te kunnen maken van de tempels, dus lopen we maar weer terug naar het hotel. Van Kamal, de hoteleigenaar, hebben we gisteren een portable dvd-speler te leen gekregen, omdat ik de hele dag op bed lag. Simon heeft een paar dagen geleden twee dvd's gekocht. 'Sherpa' en 'The conquest of Everest'. Twee docu's over het hiken in het Everest gebied. Wij dachten dat is een goed alternatief met deze regen. Laten we een docu kijken. Maar na ongeveer 10 minuten kijken kwam er ineens een soort van flits in de film en begon het geluid van 'Sherpa' achter het beeld te lopen. Super irritant! Ook 'The conquest of Everest' bleek zo goedkoop te zijn met een reden. We hebben heel lang geduldig geprobeerd de boel aan de praat te krijgen, omdat nu ook de dvd-speler zelf steeds uitviel en hebben toen ook dit maar opgegeven. 
De regen was inmiddels voorbij. Met een fles wijn zijn we buiten gaan zitten en hebben daar zo lang gezeten dat alle restaruant al dicht waren. Shit, we moeten wel wat eten. Gelukkig was de bakker nog open. Gisteren was ik ziek met m'n maag overstuur. Vandaag drink ik wijn en eet ik appeltaart, een spicy bladerdeegbroodje en een een chocoladebrownie als avondeten. Als m'n maag dat houdt vannacht, dan ben ik zeker beter! 

Zaterdag 8 april staan we op tijd op. Vandaag gaan we op pad met een motor. Kamal heeft ons gisteren al meegenomen naar een verhuurzaakje van een vriend van hem (ja, het zijn allemaal vrienden), waar Simon een motor heeft uitgekozen waar hij het warm van krijgt. Mij kan het natuurlijk allemaal geen drol schelen. Simon heeft twee mondkapjes voor ons gekocht en we komen er al snel achter dat die ook echt wel nodig zijn op de motor. We rijden eerst naar het plaatsje Kirtipur. Een soort van links onderin van Kathmandu. De Lonely Planet zegt hierover: "The sleepy town of Kirtipur has a wonderful sense of faded grandeur thanks to the impressive medieval temples dotted around its backstreets." We parkeren de motor op the main square en lopen eerst wat rond. Het is schoon en rustig vergeleken met Kathmandu. We zien een coole barbershop en wanneer we vragen of Simon een foto mag maken wordt er flink geposeerd door de vers geknipte klant. Een man komt naar ons toe en maakt een vriendelijk en geinteresseerd praatje. Uiteindelijk blijkt natuurlijk dat hij graag onze persoonlijke guide wil zijn hier in Kirtipur. We bedanken vriendelijk en lopen naar de eerste tempel. De Bagh Bhairab Temple. Het doet me bijna vaag een beetje denken aan Parijs vanwege alle schilders die in de courtyard de tempel aan het vereeuwigen zijn.
Iets verderop in het dorp is nog een tempel. De Uma Maheshwar Temple. De tempel staat bovenaan een lange trap en heeft twee grote stenen olifanten met spikes erop, zodat de kinderen er niet op gaan zitten. Het blijft interessant hoe Lonely Planet soms plekken beschrijft waar nie-mand in de local town dan ooit van gehoord heeft. Zo ook een Thai-style monastry waar ik benieuwd naar was, maar die we, ondanks 100 keer vragen absoluut niet konden vinden. 

Door naar Bhaktapur. Hier willen we vannacht slapen en omdat het op de route ligt naar het volgende plaatsje dat we willen bezoeken, zorgen we eerst dat we een hostel regelen en wat eten voor we verder gaan. Bhaktapur heeft meteen een goede 'vibe' en we eten op een balkon van een historische pagoda tempel op het Taumadhi plein. (Cafe Nyatapola) Met onze buikjes vol klimmen we weer op de motor. We rijden further down de valley richting Panauti. Man, ik vind het toch wel eng achterop de motor hoor! Ik heb natuurlijk geen enkele controle en het verkeer is hier totaal gestoord. 
Volgens Lonely Planet is "the historic city of Panauti, which escaped the earthquake's destruction", goed voor "a medieval mini-adventure". We zijn op zoek naar de Indreshwar Mahadev Temple, wat de meest beroemde tempel in Panauti moet zijn. Twee jongens op een motor, die het geloof ik hilarisch vonden om sneller te rijden dan twee westerners, zouden ons er wel even naartoe rijden. Ze hebben ons wel naar een tempel gebracht, maar niet naar de goede. Pas later op de dag kwamen we erachter dat we waarschijnlijk bij Ghat Sattal waren aan een van de rivieren. Omdat we geen idee hadden waar we waren of hoe de juiste tempel te vinden, reden we maar weer terug in de richting waar we vandaan kwamen. Ik weet nog steeds niet precies hoe ik het zag, maar ik keek naar links en daar was ineens de tempel. Gevonden! En zowaar, het Panauti museum zat op hetzelfde terrein. Twee vliegen in een klap. We bekijken de tempels op het plein, lopen het museum rond, dat echt alles behalve interessant of indrukwekkend is en zijn dan ook eigenlijk wel weer klaar om te gaan. Simon wil nog graag naar wat waterfonteinen en er moeten nog ergens interessante stenen beelden zijn, maar beiden kunnen we niet vinden, dus na heel wat rondgerij geven we het op en gaan terug richting Bhaktapur. Wanneer we bij Banepa net linksaf geslagen zijn en weer op de grote snelweg rijden, gaat het mis. 

Wij rijden vrij rechts van de weg. Helemaal links van de weg rijd een motor met z'n knipperlicht naar rechts aan. Nu wil dat niet zo heel veel zeggen, want heel veel motorrijders vergeten continue hun richtingaangever uit te zetten. Ik zie hem wel, maar ga er ook vanuit dat Simon hem wel ziet. Simon is een goede rijder en ik wil hem niet de hele tijd panisch wijzen op het verkeer en hem het gevoel geven dat ik hem of zijn rijstijl niet vertrouw. Het ligt niet aan hem dat ik me zo oncomfortabel voel achterop de motor. Achteraf bleek dat Simon de motorrijder pas laat zag en het knipperende licht, bijna logischerwijs, niet als waarschuwing zag vanwege zijn plaats op de weg. Toch besluit de beste man ineens rechtsaf te willen slaan en scheurt pal de weg over. Simon remt, maar onze wielen knallen tegen elkaar aan en hij houdt de zware motor met mij achterop niet. Daar liggen we. Midden op de weg. Je wilt je toch liever niet voorstellen wat er gebeurd zou zijn wanneer er een mega bus of truck achter ons had gezeten... Het duurt een paar seconden voor je beseft wat er gebeurd is. Zijn we allebei oke? Ja, we zijn allebei oke. De andere motorrijder is er al vandoor en wanneer we de motor weer recht tillen zien we dat er iets is afgebroken. Ik zie al helemaal voor me hoe we duizenden Euro's moeten betalen voor een nieuwe motor en begin te huilen. Dit was nou PRECIES waar ik de hele tijd bang voor was, kan ik alleen maar denken. Een man komt naar ons toegereden die het blijkbaar had zien gebeuren, vraagt of we oke zijn en weet wel een garage vlakbij. Ik zeg meteen "No, thank you" en denk rot op! Die wil natuurlijk een leuk zakcentje verdienen aan een paar toeristen met schade aan hun huurmotor. Nee, we moeten de gast van wie we de motor gehuurd hebben bellen, vragen wat we nu het beste kunnen doen en zorgen dat we in Bhaktapur komen. Maar Simon is duidelijk. De standaard waar hij zijn voet op heeft is afgebroken en zonder dat is het niet veilig om zo'n eind te rijden en hij volgt de man naar de garage. Ik merk dat de stroom van tranen er echt nog even uit moet. Godzijdank valt het mee, het had allemaal zoveel erger gekund, maar fack! We hebben gewoon net een motorongeluk gehad! 
De standaard wordt er weer aangelast, de afgebroken spiegel wordt zo goed als het kan gelijmd en we betalen 100 Rupees (!!!) Dat is zeg maar minder dan een euro... 

Blij ben ik wel wanneer ik van de motor af kan in Bhaktapur. We parkeren hem achter Ganesh Guesthouse, onze slaapplek voor vannacht en het lijkt erop dat er verder geen enorme krassen op zitten of zo. Beiden hebben we een schaafwond bij onze elleboog en op onze knie. Simon twee flinke en ik twee kleine. Natuurlijk zit mijn EHBO tasje in mijn backpacktas in Kathmandu...
's Avonds eten we heerlijke friet en delen een bord met momo's. Chicken, buff en veggie. De buffmomo's zijn het lekkerste. De spanningen van het ongeluk zijn weer wat gezakt en we evalueren eens hoe onze eerste trip samen tot nu toe gaat. Goed, is de conclusie. Op wat kleine irritaties daargelaten hebben we het vooral heel goed met elkaar. We hebben hetzelfde ritme en willen dezelfde dingen doen. Dat maakt het relaxed en heel gezellig.

Op zondag 9 april is het Bisket Jatra. Het Nepalese nieuwjaar. In Bhaktapur zou het grootse festival moeten zijn volgens de Lonely Planet. Het grootste spektakel zou plaats moeten vinden op het Khalna Tole plein en na een heerlijk ontbijt met ei, bacon en jawel: bruin (!) brood, gaan we op zoek naar het plein. We zijn op tijd opgestaan, omdat we A: niet weten op welk tijdstip het festival begint en B: Bhaktapur een van de drie Medieval cities is en er hier van alles te zien is. Na meer dan een uur gezocht en gevraagd te hebben en er helemaal klaar mee te zijn, wil ik toch nog een keer dat ene steegje in om te zien wat erachter is. Daar is ein-de-lijk het Khalna Tole square. Leeg. No way dat hier vandaag ook maar iets gaat plaats vinden, laat staan een mega festival. Ach, we hebben op z'n minst het plein gevonden, dat is voor ons inmiddels al een hele overwinning. 

Bhaktapur bestaat uit verschillende pleinen. Het plein vlakbij ons guesthouse waar we gisteren gelunched hebben, Durbar Square, die je ook in Kathmandu en Patan, de andere twee Medieval cities vindt, en Pottery square, een plein dat op alle foto's he-le-maal vol ligt met aardewerk. We waren dan ook niet helemaal zeker of we de juiste plek gevonden hadden toen we aankwamen bij een vrij klein pleintje waar een paar kleedjes met potjes lagen. Maar we zaten goed. Dit was Pottery square... Iets achterop het plein kon je het bouwwerk zien dat ze als oven gebruiken. Vooral veel rook en stro bovenop, maar je kon de potjes erin niet zien. Iets verder weg van het plein zat een man in een zijstraatje potjes te maken. Dat was wel heel tof om te zien. Het is echt vakmanschap. Het ziet er makkelijk uit maar je weet dat dat het niet is. Dat de man z'n vinger op zo'n manier plaatst dat de ronddraaiende homp klei ineens een prachtige vaasvorm aanneemt. 
We hebben de verdere tempels bezocht, het paleis en het museum. Misschien moeten we gewoon maar niet meer naar musea in Nepal gaan. Duidelijk niet hun sterkste kant. Terwijl we door de stad lopen komt er een soort fanfare van jongens langs met enorme trommels en tamboerijnen. Ze stoppen bij een kleine tempel. Zou dit iets te maken hebben met Bisket Jatra? We besluiten maar even te blijven kijken. Ze hebben namelijk ook een kip en een geit bij zich en we zijn erg benieuwd wat daarmee gebeuren gaat. Maar het duurt lang en er gebeurt eigenlijk niks. Behalve dat de kip het eten van het voedseloffer probeert weg te snaaien. (vrij grappig) Dus ik loop wat rond en zie in een zijstraatje nog een clubje jongens met dezelfde kleding aan die een kip staan te slachten. Ik weet dat Simon hier wel foto's van wil maken, dus vol enthousiasme, oke... half hysterisch probeer ik Simon te seinen dat hij NU moet komen. Als Simon er eenmaal is, is het offer al voorbij en zegt 'ie doodleuk: "Joh, ik dacht dat je eindelijk iets van het festival gevonden had. Ze waren daar ook een kip aan het slachten..." 

Toen ik gisteravond wat door m'n Lonely Planet bladerde op zoek naar een goed restaurant las ik iets over het restaurant zonder naam, waar je schijnbaar hele lekkere savoury soort van pannenkoeken kunt krijgen. De plek moet te herkennen zijn aan een simpele bakplaat. Tja, hoe vind je dan zo'n restaurant zonder naam? Uiteindelijk was het inderdaad de bakplaat waardoor ik wist dat we goed zaten. Een klein verstopt holletje met een super laag plafond en twee tafels waar je voor 125 Rupees een goed vullende savoury en vrij spicy pannenkoek kan eten. Echt een toptip van de Lonely Planet. Local, authentiek, heel tof! Tot er een classic Amerikaan tegenover ons kwam zitten.
Echt al het typisch Amerikaanse van typische Amerikanen had deze Amerikaan. Het accent, het spreekvolume, de te witte gymschoenen, het overhemd met een Nepalese ketting, het roze gezicht en het witte haar. En man, hij hield maar niet OP met praten terwijl wij hem niets vroegen. Dat 'ie dan een heel verhaal verteld over zijn spannende avontuur in India waar de auto met driver die hem een week of wat rondreed van tour naar tour, een paar kilometer van een dorpje vandaan ineens panne kreeg en 'godzijdank' konden ze een lift terug krijgen. Ik klink nu een beetje veroordelend en dat komt puur door het feit dat de enige vraag die hij ons stelde was of wij ook in India waren geweest. "Nee", zei Simon. "Ja", zei ik. "Ook in Varanassi?" "Nee, ik heb zes weken door India gebackpacked, maar ben niet in Varanassi geweest." "Nou", zei de typische Amerikaan toen, "je bent niet echt in India geweest als je niet in Varanassi bent geweest." Toen was ik er dus wel echt helemaal klaar mee. 

Voor we Bhaktapur kunnen verlaten is er nog iets dat we moeten proberen. King Yurd. Wederom vinden we een klein holletje waar een man een stenen schaaltje met een wit goedje uit een koelkast haalt. We delen een portie voor het geval de yoghurt echt te smerig is, maar het is eigenlijk heel lekker. Of het de beste yoghurt in de wereld is valt te betwisten, maar het is zeker de moeite waard om te proberen. 
Wat nu? het is nog vroeg op de middag. Gaan we terug naar Kathmandu of toch naar Nagarkot, de laatste Kathmandu valley aanrader uit de Lonely Planet. We hebben er ook al wat andere toeristen over gehoord en je schijnt daar het beste uitzicht te hebben. De enige reden dat ik wel terug naar Kathmandu zou willen is zodat ik niet zo lang meer op de motor hoef te zitten. Blijkbaar geen reden genoeg. We gaan naar Nagarkot.

Het is nog best een eind rijden en als we eenmaal in Nagarkot aankomen is het ook niet zo helder als we hadden gehoopt/verwacht. Tja, als je net terug bent van Everest Basecamp en Gokyo Ri dan is een wazige soort van schaduw van wat bergen in de verte niet zo indrukwekkend meer. We nemen een andere route terug en proberen nog even een restaruant te vinden met het beste uitzicht voor een drankje en een foto. We komen bij een of ander slecht mountainbike resort uit. Drankje op, plassen en dan ook maar snel weer verder, want om 18:00 uur moet de motor terug zijn. Makkelijker gezegd dan gedaan kan ik je vertellen. Een andere route terugnemen was in dit geval geen goed idee. Met een streep onder geen. De route was lang en mega hobbelig. Als in: dikke keienwegen, niet gemaakt voor motoren of enig ander voertuig eigenlijk. Mijn kont ging dood, mijn schouders deden vet zeer van de tassen en de tijd tikte maar door. Voor een lange tijd wisten we uberhaupt ook niet waar we zaten. Toen we eindelijk in een stadje kwamen die op de kaart stond en vroegen hoe lang het nog zou zijn naar Kathmandu bleek het zeker nog een uur rijden te zijn. Het was inmiddels half 6 en het begon al donker te worden. Kort gezegd hebben wij DE twee dingen die je niet wilt doen wanneer je een motor huurt in Nepal, namelijk in het donker rijden en een ongeluk krijgen, natuurlijk alletwee WEL gedaan. Ik moet zeggen, Simon heeft echt keigoed gereden in het donker, maar we waren allebei blij en opgelucht toen we de motor zonder problemen konden inleveren. We hadden allebei expres onze jas aangedaan zodat je de schaafwonden niet zou zien, maar ze hebben niet eens gekeken naar de spiegel. High five! 

Ons inmiddels bijna vaste ritueel werd ingezet, namelijk Sommersby applecider halen en wat snacks en meteen door naar het terras van Pomelo House. Daar hebben we de rest van de avond lekker gezeten en werden we door Kamal getrakteerd op pizza, zelfgemaakte sausages en potatoe chunks. Ook de eerste bruiloftsgast is gearriveerd: Martine uit Edinburgh. Een heel schetig klein vrouwtje met een mega blij hoofd en een onverstaanbaar accent. Wij gingen er vanwege haar leeftijd vanuit dat het ook een vriendin van Linda zou zijn en begonnen ons al af te vragen of er uberhaupt ook gasten voor haar dochter Hannah zouden komen, maar dat was een verkeerde aanname, want Martine is hier voor Hannah.

Het werd laat.

Misschien een beetje te laat voor het tijdstip dat we op moeten staan... 

1 Reactie

  1. Mama Gerdien.:
    23 juli 2017
    Het is nu 1.28 in de nacht, maar ik kon niet stoppen met lezen. Xx